Dit partykaartspel bestaat uit meerdere ronden, waarin je zo snel mogelijk van je kaarten probeert af te komen. Hoe sneller je dat doet, hoe hoger de sociale rang die je de volgende ronde mag bekleden. Wie als eerste geen kaarten meer heeft, krijgt de titel Grote Dalmuti. Wie als laatste nog kaarten heeft, is de Grote Dienaar en moet de kaarten schudden, delen, opruimen en wie weet wat allemaal nog meer!
De Grote Dalmuti is vooral bedoeld voor grotere groepen mensen die een spelletje niet al te serieus nemen. De spelmechanismen in dit kaartspel zijn juist ontwikkeld om het spel niet eerlijk te maken, net als in het echte leven. De hoge adel heeft het dus makkelijker dan het voetvolk, maar wat is er mooier dan toch opklimmen en de spelers die jou net zo oneerlijk hebben behandeld een koekje van eigen deeg geven?
Elke ronde krijg je een hand met kaarten, waarvan de waarden van 1 tot en met 12 lopen. Dat getal geeft ook direct aan hoeveel kaarten er van in het spel zitten Verder zijn er 2 narren in het spel, die je als joker kunt gebruiken. Alle spelers zitten in volgorde aan tafel. De Grote Dalmuti zit op de meest comfortabele stoel, links daarvan zit de Kleine Dalmuti. Daarna volgt het gewone volk en de laatste 2 in rang zijn de Kleine Dienaar en de Grote Dienaar. De Grote Dienaar is de persoonlijke rechterhand van de Grote Dalmuti. Hij deelt de kaarten, verzamelt die en zorgt ervoor dat het spel vlot verloopt. In lijn met zijn rang kun je hem het beste op een krukje zetten. Verder kun je natuurlijk zelf beslissen in hoeverre je de hiërarchie nog verder doorvoert en spelers met een hogere rang opdrachten of taken aan de spelers met een lagere rang laat geven.
Aan het begin van een ronde ruilen de Grote Dalmuti en de Grote Dienaar 2 kaarten met elkaar, waarbij de Dalmuti 2 kaarten naar keuze geeft en de Dienaar zijn 2 beste kaarten. De Kleine Dalmuti en Kleine Dienaar ruilen op die manier 1 kaart. Uiteraard start de Grote Dalmuti het spel. Hij legt een set gelijke kaarten op tafel. Met de klok mee leggen de andere spelers sets op tafel die hetzelfde aantal kaarten bevatten, maar een lager getal hebben. Je kunt in een ronde meermaals aan de beurt komen. Wie in een ronde als laatste kaarten heeft gespeeld, begint de volgende ronde weer met het spelen van een set kaarten. Dat gaat zo door totdat iedereen op 1 na zijn kaarten kwijt is.
De speler die als eerste zijn kaarten kwijt was, wordt de (nieuwe) Grote Dalmuti, de nummer 2 de Kleine Dalmuti, enzovoort. Dat kan dus betekenen dat veel mensen een nieuwe plaats moeten zoeken, want iedereen moet weer in volgorde van zijn rang om de tafel zitten. Op basis van het resultaat in een ronde scoren de spelers punten, die ze op een vel papier noteren. Wie na een afgesproken aantal ronden de meeste punten heeft, wint het spel. Maar lukt het alle spelers om zich voortdurend in hun rollen in te leven, dan is dat al een reden om iedereen tot winnaar uit te roepen!